Een ondernemer (profit of non-profit) staat voor vele zakelijke vraagstukken. Niet alles loopt altijd op rolletjes. Soms dreigt een conflictsituatie. Dit kan zijn met een leverancier, met een concurrent of met een afnemer. Tijdig juridisch advies in dreigende conflictsituaties kan een rechtszaak voorkomen. Maar soms is het uitbrengen van een dagvaarding ter inleiding van een procedure toch geboden. Een dagvaarding betekent vaak het einde van de relatie. De actie lokt een (negatieve) reactie uit. Dit kan de prijs zijn die de ondernemer wil betalen voor het halen van zijn gelijk en soms is er ook helemaal geen keus, dan wordt de ondernemer gedagvaard en dan zal hij zich in een procedure moeten verweren. Vaak is een dagvaarding echter ook een opening voor hernieuwde onderhandeling. Een dagvaarding is dan een startpunt om toch weer eens om tafel te gaan zitten en dit kan leiden tot oplossing van een slepende kwestie. Onderzoek leert dat 15% van de uitgebrachte dagvaardingen niet leidt tot een procedure. Dus er wordt een andere oplossing gevonden. 

De juridische procedures in Nederland beginnen altijd schriftelijk. Een voorbeeld van een juridische procedure is een kort geding. Een kort geding begint met het uitbrengen van een dagvaarding door de eisende partij en hierin dient adequaat omschreven te zijn wat het conflict behelst, wat er wordt gevorderd en waarom dit moet worden toegewezen. In een kort geding vindt er na dagvaarding doorgaans binnen vier tot zes weken (soms zelfs eerder) een mondelinge behandeling plaats. De gedaagde partij dient dus op zeer korte termijn zijn standpunt mondeling op de zitting te verwoorden. Een kort geding is vooral aan de orde bij zaken die met spoed een voorlopig oordeel van de rechter verlangen. In zaken waarbij er veel onduidelijkheid is over de precieze feiten, zal de rechter in een kort geding niet snel een oordeel kunnen vellen.  

De standaardprocedure is wat juristen noemen een “bodemprocedure”.  Ook die wordt ingeleid door een dagvaarding. Het is de taak van een deurwaarder een dagvaarding uit te brengen. De dagvaarding zelf is meestal opgesteld door een advocaat. Na het uitbrengen van de dagvaarding bij de gedaagde partij, krijgt deze, na zich te hebben gesteld in de procedure en om een termijn te hebben gevraagd om van antwoord te mogen dienen, doorgaans zes weken (in geval van een kantonprocedure 4 weken, waarbij nog eens om 4 weken uitstel kan worden verzocht) om via een schriftelijk antwoord op de dagvaarding te reageren. Dit antwoord bevat de juridische en feitelijke verweren, liefst onderbouwd met documenten. Ook kan bij die gelegenheid een tegenvordering (eis in reconventie) worden ingediend. Het voordeel daarbij is dat de gedaagde geen extra griffierecht verschuldigd is. 

Als het schriftelijke pakket compleet is, wordt er door de rechtbank doorgaans een zittingsdatum bepaald. In de praktijk dient rekening te worden gehouden met een doorlooptijd van circa zes maanden vanaf de dagvaarding voordat een mondelinge behandeling plaatsvindt. Deze mondelinge behandeling wordt comparitie na antwoord genoemd. Dit is een zitting onder leiding van één rechter. De rechter zal vooral zijn of haar vragen beantwoord willen zien, want elk schriftelijk dossier laat vragen open. Op deze zitting kunnen ook de advocaten hun juridische en feitelijke punten toelichten en eventueel aanvullen. Een goede voorbereiding op zo’n zitting is vereist. 

Naast het achterhalen van de relevante feiten, zal de rechter ook bekijken of partijen tot een schikking kunnen komen. Vaak heeft de rechter aan het slot van de comparitie na antwoord een “voorlopig” oordeel ( een schot voor de boeg) over de meest relevante aspecten van de zaak. En met dit oordeel op zak kunnen partijen en hun advocaten vaak “op de gang” alsnog tot een schikking komen. Lukt dit niet, dan komt er een vonnis. En dat is een definitief oordeel van de rechtbank. 

Hoewel een vonnis de nodige duidelijkheid kan scheppen, is er altijd de mogelijkheid van hoger beroep bij de hogere rechter, het gerechtshof.  Ook een hoger beroep begint met het uitbrengen van een dagvaarding (een zogenoemd hogerberoepschrift). Ook de procedure in hoger beroep loopt in eerste instantie schriftelijk. De doorlooptijd is doorgaans circa een jaar.  

Al met al is het verstandig om voorafgaand aan het uitbrengen van een dagvaarding nog eens goed na te denken over de gevolgen en over de eventuele alternatieven. Een goede advocaat, eentje die vooral denkt in uw (strategisch) belang, kan hierbij zeer nuttig zijn.

Gerelateerde rechtsgebieden